Zoek woord zichzelf opgelegd heeft 2 resultaten
Ga naar
NL Nederlands DE Duits
zichzelf opgelegd (a) [algemeen] selbstauferlegt (a) [algemeen]
zichzelf opgelegd (a) [straf] selbstauferlegt (a) [straf]

NL DE Vertalingen voor zichzelf

zichzelf selbst
zichzelf (o) [wederkerend vnw. - enk.] sich (o) [wederkerend vnw. - enk.]
zichzelf (o) [wederkerend voornaamwoord] sich (o) [wederkerend voornaamwoord]
zichzelf selber (sich)
zichzelf (o) [algemeen] sich selber (o) [algemeen]
zichzelf (o) [wederkerend vnw. - enk.] sich selbst (o) [wederkerend vnw. - enk.]
zichzelf (o) [wederkerend voornaamwoord] sich selbst (o) [wederkerend voornaamwoord]
zichzelf selber (sich)
zichzelf selbst (sich)
zichzelf selbst (sich)

NL DE Vertalingen voor opgelegd

opgelegd (a) [verplicht] geboten (a) [verplicht]
opgelegd (a) [verplicht] obligatorisch (a) [verplicht]