Zoek woord was auch passiert heeft eén resultaat
Ga naar
DE Duits NL Nederlands
was auch passiert (adv) [idiomatic] (adv) wat er ook gebeurt (adv) [idiomatic] (adv)

DE NL Vertalingen voor was

was (n) [Relativpronomen] wat (n) [Relativpronomen]
was (n) [Relativpronomen] hetgeen (n) [Relativpronomen]
was (o) [Relativpron. - Objekt - Sing.] hetgeen (o) [Relativpron. - Objekt - Sing.]
was (o) [Demonstrativpronomen] hetgeen (o) [Demonstrativpronomen]
was (o) [Demonstrativpronomen] wat (o) [Demonstrativpronomen]
was (o) [Interjektion] wat (o) [Interjektion]
was (o) [Interrogativpronomen] wat (o) [Interrogativpronomen]
was (o) [Relativpron. - Objekt - Sing.] wat (o) [Relativpron. - Objekt - Sing.]
was (n) [etwas] wat (n) [etwas]
was (n) [sächlich] wat (n) [sächlich]

DE NL Vertalingen voor auch

auch (v) [und ferner] ook (v) [und ferner]
auch (o) [ebenfalls] ook (o) [ebenfalls]
auch [ebenfalls] tevens [ebenfalls]
auch (o) [ebenfalls] tevens (o) [ebenfalls]
auch (adv) [in addition; besides; as well; further; too] tevens (adv) [in addition; besides; as well; further; too]
auch (determiner pronoun adv conj) [(after a negative) as well] ook (determiner pronoun adv conj) [(after a negative) as well]
auch [ebenfalls] ook [ebenfalls]
auch (adv) [in addition; besides; as well; further; too] ook (adv) [in addition; besides; as well; further; too]
auch (adv) [likewise] ook (adv) [likewise]
auch [ebenfalls] eveneens [ebenfalls]