Zoek woord tückisch heeft 14 resultaten
DE Duits NL Nederlands
tückisch [Benehmen] geslepen [Benehmen]
tückisch (a) [Benehmen] geslepen (a) [Benehmen]
tückisch [Benehmen] doortrapt [Benehmen]
tückisch (a) [Benehmen] doortrapt (a) [Benehmen]
tückisch [Benehmen] sluw [Benehmen]
DE Duits NL Nederlands
tückisch (a) [Benehmen] sluw (a) [Benehmen]
tückisch [Benehmen] listig [Benehmen]
tückisch (a) [Benehmen] listig (a) [Benehmen]
tückisch [Benehmen] uitgekookt [Benehmen]
tückisch (a) [Benehmen] uitgekookt (a) [Benehmen]
tückisch [Benehmen] arglistig [Benehmen]
tückisch (a) [Benehmen] arglistig (a) [Benehmen]
tückisch [Gefahr] verraderlijk [Gefahr]
tückisch (a) [Gefahr] verraderlijk (a) [Gefahr]

Duits Nederlands vertalingen

DE Synoniemen voor tückisch NL Vertalingen
falsch [heuchlerisch] vals
verkehrt [heuchlerisch] mis {m}
versteckt [heuchlerisch] verborgen
gemein [heuchlerisch] verwerpelijk
krumm [heuchlerisch] schuin
unwahr [heuchlerisch] niet waar
trügerisch [heuchlerisch] schijn-
verlogen [heuchlerisch] leugenachtig
doppelzüngig [heuchlerisch] huichelachtig
hinterhältig [heuchlerisch] geniepig
betrügerisch [heuchlerisch] dubbelhartig
hinterlistig [heuchlerisch] onoprecht
unehrlich [heuchlerisch] achterbaks
bigott [heuchlerisch] sectair (adj)
unaufrichtig [heuchlerisch] onoprecht
scheinheilig [heuchlerisch] schijnheilig
verstohlen [heuchlerisch] klandestien
frömmelnd [heuchlerisch] hooghartig
giftig [sarkastisch] nijdig
spitz [sarkastisch] spits {m}