Zoek woord sich hinlegen heeft 2 resultaten
Ga naar

DE NL Vertalingen voor sich

sich (o) [Reflexivpronomen - sing.] zich (o) [Reflexivpronomen - sing.]
sich (o) [Reflexivpronomen - sing. - höflich] zich (o) [Reflexivpronomen - sing. - höflich]
sich (o) [Reflexivpronomen - pl. - höflich] zich (o) [Reflexivpronomen - pl. - höflich]
sich (o) [Reflexivpronomen] zich (o) [Reflexivpronomen]
sich (v) [Reflexivpronomen] zich (v) [Reflexivpronomen]
sich (v) [take action with respect to (someone or something)] behandelen (v) [take action with respect to (someone or something)]
sich (v n) [to pass from here to there; to transmit] verplaatsen (v n) [to pass from here to there; to transmit]
sich (v) [to hide (something)] wegrennen (v) [to hide (something)]
sich [allgemein] je [allgemein]
sich [allgemein] jij [allgemein]

DE NL Vertalingen voor hinlegen

hinlegen (v) [Akt] gaan liggen (v) [Akt]
hinlegen (v) [allgemein] gaan liggen (v) [allgemein]
hinlegen [Gegenstände] neerleggen [Gegenstände]
hinlegen (v) [Gegenstände] neerleggen (v) [Gegenstände]
hinlegen [allgemein] neerleggen [allgemein]
hinlegen (v) [allgemein] neerleggen (v) [allgemein]
hinlegen [Gegenstände] neerzetten [Gegenstände]
hinlegen (v) [Gegenstände] neerzetten (v) [Gegenstände]
hinlegen (v) [Akt] zich neerleggen (v) [Akt]

Duits Nederlands vertalingen