Zoek woord schlaf gut heeft 4 resultaten
Ga naar
DE Duits NL Nederlands
schlaf gut [allgemein] wel te rusten [allgemein]
schlaf gut (o) [allgemein] wel te rusten (o) [allgemein]
schlaf gut [allgemein] slaap wel [allgemein]
schlaf gut (o) [allgemein] slaap wel (o) [allgemein]

DE NL Vertalingen voor schlaf

Schlaf [allgemein] {m} slaap {m} [allgemein]
Schlaf (n) [allgemein] {m} slaap (n) {m} [allgemein]
Schlaf (n v) [substance found in the corner of the eyes / figurative objectification of sleep] {m} slaap (n v) {m} [substance found in the corner of the eyes / figurative objectification of sleep]
Schlaf [allgemein] {m} sluimering {f} [allgemein]
Schlaf (n) [allgemein] {m} sluimering (n) {f} [allgemein]

DE NL Vertalingen voor gut

gut (a) [positiv] goed (a) {n} [positiv]
gut (a) [Kind] goed (a) {n} [Kind]
gut (a) [Wetter] goed (a) {n} [Wetter]
gut (a) [Person] goed (a) {n} [Person]
gut (o) [allgemein] goed (o) {n} [allgemein]
gut (o) [Grad] goed (o) {n} [Grad]
gut (a) [allgemein] goed (a) {n} [allgemein]
gut (o) [Weise] goed (o) {n} [Weise]
gut (a) [Gesundheit] goed (a) {n} [Gesundheit]
gut (a) [Geschicklichkeit] goed (a) {n} [Geschicklichkeit]