Zoek woord informeren heeft 11 resultaten
NL | Nederlands | DE | Duits | |
| informeren (v) [informatie] | | in Kenntnis setzen (v) [informatie] | |
| informeren (v) [to give information or notice to; to inform] - geïnformeerd
- informeert
- informeren
- informeerde
- informeerden
| | verständigen (v) [to give information or notice to; to inform] - verständigt
- verständigst
- verständigen
- verständigtest
- verständigten
- verständig(e)
| |
| informeren (v) - geïnformeerd
- informeert
- informeren
- informeerde
- informeerden
| | informieren (v) - informiert
- informierst
- informieren
- informiertest
- informierten
- informiere
| |
| informeren (v) [informatie] - geïnformeerd
- informeert
- informeren
- informeerde
- informeerden
| | informieren (v) [informatie] - informiert
- informierst
- informieren
- informiertest
- informierten
- informiere
| |
| informeren (v) [to give information or notice to; to inform] - geïnformeerd
- informeert
- informeren
- informeerde
- informeerden
| | informieren (v) [to give information or notice to; to inform] - informiert
- informierst
- informieren
- informiertest
- informierten
- informiere
| |
NL | Nederlands | DE | Duits | |
| informeren (v) [informatie] - geïnformeerd
- informeert
- informeren
- informeerde
- informeerden
| | mitteilen (v) [informatie] - mitgeteilt
- teilen mit
- teilst mit
- teiltest mit
- teilten mit
- teil(e) mit
| |
| informeren (v) [to give information or notice to; to inform] - geïnformeerd
- informeert
- informeren
- informeerde
- informeerden
| | mitteilen (v) [to give information or notice to; to inform] - mitgeteilt
- teilen mit
- teilst mit
- teiltest mit
- teilten mit
- teil(e) mit
| |
| informeren (v) [informatie] - geïnformeerd
- informeert
- informeren
- informeerde
- informeerden
| | berichten (v) [informatie] - berichtet
- berichten
- berichtest
- berichteten
- berichtetest
- berichte
| |
| informeren (v) [informatie] | | Auskunft erteilen (v) [informatie] | |
| informeren (v) [informatie] - geïnformeerd
- informeert
- informeren
- informeerde
- informeerden
| | unterrichten (v) [informatie] - unterrichtet
- unterrichten
- unterrichtest
- unterrichteten
- unterrichtetest
- unterrichte
| |
| informeren (v) [informatie] - geïnformeerd
- informeert
- informeren
- informeerde
- informeerden
| | benachrichtigen (v) [informatie] - benachrichtigt
- benachrichtigen
- benachrichtigst
- benachrichtigten
- benachrichtigtest
- benachrichtig(e)
| |