Woxikon / Woordenboek / Nederlands Duits / I / in Auftrag geben

NL DE Nederlands Duits vertalingen voor in Auftrag geben

Zoek woord in Auftrag geben heeft 6 resultaten
Ga naar Duits » Nederlands
DE Duits NL Nederlands
in Auftrag geben (v) [allgemein] uitbesteden (v) [allgemein]

DE NL Vertalingen voor in

in (particle prep adv) [in the direction of, and arriving at] naar (particle prep adv) [in the direction of, and arriving at]
in (v) [to provoke someone to do wrong] verleiden (v) [to provoke someone to do wrong]
in [Nähe] bij {m} [Nähe]
in (o) [Nähe] bij (o) {m} [Nähe]
in [Nähe] op [Nähe]
in (o) [Nähe] op (o) [Nähe]
in (adj adv) [on fire] in vuur en vlam (adj adv) [on fire]
in [Nähe] aan [Nähe]
in (o) [Nähe] aan (o) [Nähe]
in [Mode] in [Mode]

DE NL Vertalingen voor auftrag

Auftrag [Job] {m} opdracht {m} [Job]
Auftrag (n) [Job] {m} opdracht (n) {m} [Job]
Auftrag [Politik] {m} opdracht {m} [Politik]
Auftrag (n) [Politik] {m} opdracht (n) {m} [Politik]
Auftrag [Job] {m} taak {m} [Job]
Auftrag (n) [Job] {m} taak (n) {m} [Job]
Auftrag [Waren] {m} bestelling {f} [Waren]
Auftrag (n) [Waren] {m} bestelling (n) {f} [Waren]
Auftrag [Waren] {m} leveringsopdracht {m} [Waren]
Auftrag (n) [Waren] {m} leveringsopdracht (n) {m} [Waren]

DE NL Vertalingen voor geben

geben (v) [hineintun] geven (v) [hineintun]
geben (v) [Spiele - Karten] geven (v) [Spiele - Karten]
geben (v) [liefern] geven (v) [liefern]
geben (v) [allgemein] geven (v) [allgemein]
geben (v) [Geschenk] geven (v) [Geschenk]
geben (v) [reichen] geven (v) [reichen]
geben (v) [Gegenstand] geven (v) [Gegenstand]
geben (v) [existieren] existeren (v) [existieren]
geben (v) [existieren] bestaan (v) {n} [existieren]
geben (v) [reichen] verstrekken (v) [reichen]

Duits Nederlands vertalingen

DE Synoniemen voor in auftrag geben NL Vertalingen
verlangen [bestellen] vorderen
fordern [bestellen] eisen
beauftragen [bestellen] opdragen
anfordern [bestellen] in beslag nemen
erbitten [bestellen] bidden om
abonnieren [bestellen] een abonnement nemen op
kommen lassen [bestellen] laten komen
beziehen [eine Bestellung aufgeben] trekken {n}
erwerben [eine Bestellung aufgeben] behalen {n}
bestellen [eine Bestellung aufgeben] bestellen
anschaffen [eine Bestellung aufgeben] halen
laden [anfordern] bevrachten {n}
zitieren [anfordern] aanvoeren
einladen [anfordern] inviteren