Zoek woord Hoheit heeft 5 resultaten
Ga naar
DE Duits NL Nederlands
Hoheit (n) {f} hoogheid (n)
Hoheit [Titel] {f} Majesteit {f} [Titel]
Hoheit (n) [Titel] {f} Majesteit (n) {f} [Titel]
Hoheit [Titel] {f} Hoogheid {f} [Titel]
Hoheit (n) [Titel] {f} Hoogheid (n) {f} [Titel]

Duits Nederlands vertalingen

DE Synoniemen voor hoheit NL Vertalingen
Würde [Feierlichkeit] f respectabiliteit {f}
Ansehen [Feierlichkeit] n aanzien {n}
Ehre [Feierlichkeit] f bijval {m}
Stolz [Feierlichkeit] m zelfingenomenheid {f}
Weihe [Feierlichkeit] f kiekendief
Majestät [Feierlichkeit] f Majesteit {f}
Anstand [Feierlichkeit] m fatsoen {n}
Erhabenheit [Feierlichkeit] f majesteit {f}
Selbstachtung [Feierlichkeit] f zelfrespect {n}
Dignität [Feierlichkeit] f respectabiliteit {f}
Festlichkeit [Feierlichkeit] f feestelijkheid {f}
Rang [Feierlichkeit] m positie {f}
Adel [fürstliche Person] m adel {m}
Schutz [Souveränität] m bescherming {f}
Vorsitz [Souveränität] m voorzitterschap {n}
Protektorat [Souveränität] n protectoraat {n}
Schirmherrschaft [Souveränität] f bescherming {f}
Patronat [Souveränität] Patronus
Macht [Leitung] f sterkte {f}
Regie [Leitung] f regie {f}