Zoek woord gering schätzen heeft 10 resultaten
DE Duits NL Nederlands
gering schätzen [Bemerkung] geringschatten [Bemerkung]
gering schätzen (v) [Bemerkung] geringschatten (v) [Bemerkung]
gering schätzen [Benehmen] geringschatten [Benehmen]
gering schätzen (v) [Benehmen] geringschatten (v) [Benehmen]
gering schätzen [Bemerkung] niet zwaar tillen aan [Bemerkung]
DE Duits NL Nederlands
gering schätzen (v) [Bemerkung] niet zwaar tillen aan (v) [Bemerkung]
gering schätzen [Bemerkung] doen alsof het weinig voorstelt [Bemerkung]
gering schätzen (v) [Bemerkung] doen alsof het weinig voorstelt (v) [Bemerkung]
gering schätzen [Benehmen] minachten [Benehmen]
gering schätzen (v) [Benehmen] minachten (v) [Benehmen]

DE NL Vertalingen voor gering

gering [Betrag] onbeduidend [Betrag]
gering (a) [Betrag] onbeduidend (a) [Betrag]
gering [Wichtigkeit] onbeduidend [Wichtigkeit]
gering (a) [Wichtigkeit] onbeduidend (a) [Wichtigkeit]
gering [Wichtigkeit] onbetekenend [Wichtigkeit]
gering (a) [Wichtigkeit] onbetekenend (a) [Wichtigkeit]
gering [Menge] klein [Menge]
gering (a) [Menge] klein (a) [Menge]
gering (adj adv n) [not large] klein (adj adv n) [not large]
gering [Betrag] onaanzienlijk [Betrag]

DE NL Vertalingen voor schätzen

schätzen [Ausgaben] begroten [Ausgaben]
schätzen (v) [Ausgaben] begroten (v) [Ausgaben]
schätzen [Ausgaben] ramen [Ausgaben]
schätzen (v) [Ausgaben] ramen (v) [Ausgaben]
schätzen [Ausgaben] schatten [Ausgaben]
schätzen (v) [Ausgaben] schatten (v) [Ausgaben]
schätzen [Schätzung] schatten [Schätzung]
schätzen (v) [Schätzung] schatten (v) [Schätzung]
schätzen [berechnen] schatten [berechnen]
schätzen (v) [berechnen] schatten (v) [berechnen]

Duits Nederlands vertalingen

DE Synoniemen voor gering schätzen NL Vertalingen
diskreditieren [in ein schlechtes Licht rücken] in diskrediet brengen
herabsetzen [in ein schlechtes Licht rücken] denigreren
demütigen [in ein schlechtes Licht rücken] verlagen
erniedrigen [in ein schlechtes Licht rücken] (sich verlagen
diffamieren [in ein schlechtes Licht rücken] kwaadspreken over
verunglimpfen [in ein schlechtes Licht rücken] zwart maken {n}
abwerten [in ein schlechtes Licht rücken] in waarde dalen
entwerten [in ein schlechtes Licht rücken] in waarde dalen
herabwürdigen [in ein schlechtes Licht rücken] vernederen
verachten [herabblicken auf] misprijzen {n}
überschreiten [ignorieren] overstijgen
schneiden [ignorieren] snijden {n}
übergehen [ignorieren] geen aandacht schenken aan
entgehen [ignorieren] uit de weg gaan
zulassen [ignorieren] permitteren
übersehen [ignorieren] over het hoofd zien
meiden [ignorieren] schuwen
vernachlässigen [ignorieren] laten verkommeren
übertreten [ignorieren] overtreden
missachten [ignorieren] beschimpen