Zoek woord ermüden heeft 19 resultaten
DE Duits NL Nederlands
ermüden [transitiv] afmatten [transitiv]
ermüden (v) [Arbeit] aftobben (v) [Arbeit]
ermüden [Arbeit] aftobben [Arbeit]
ermüden (v) [Arbeit] afbeulen (v) [Arbeit]
ermüden [Arbeit] afbeulen [Arbeit]
DE Duits NL Nederlands
ermüden (v) [transitiv] vermoeien (v) [transitiv]
ermüden [transitiv] vermoeien [transitiv]
ermüden (v) [physisch] vermoeien (v) [physisch]
ermüden [physisch] vermoeien [physisch]
ermüden (v) [transitiv] afmatten (v) [transitiv]
ermüden (n v) [weaken] verzwakken (n v) [weaken]
ermüden (v) [physisch] afmatten (v) [physisch]
ermüden [physisch] afmatten [physisch]
ermüden (v) [Arbeit] afmatten (v) [Arbeit]
ermüden [Arbeit] afmatten [Arbeit]
ermüden (v) [physisch] uitputten (v) [physisch]
ermüden [physisch] uitputten [physisch]
ermüden (v) [Arbeit] uitputten (v) [Arbeit]
ermüden [Arbeit] uitputten [Arbeit]

Duits Nederlands vertalingen