Zoek woord een transfusie geven heeft eén resultaat
Ga naar
NL Nederlands DE Duits
een transfusie geven (v) [geneeskunde] übertragen (v) [geneeskunde]

NL DE Vertalingen voor een

een (n) {m} ein (n)
een (a) [algemeen] {m} ein (a) [algemeen]
een (a) [hoofdtelwoord] {m} ein (a) [hoofdtelwoord]
een (conj n prep) [indefinite article] {m} ein (conj n prep) [indefinite article]
een (a) [onbepaald bijvoeglijk naamwoord] {m} ein (a) [onbepaald bijvoeglijk naamwoord]
een (o) [onbepaald lidwoord] {m} ein (o) [onbepaald lidwoord]
een (n v) [to pay a compliment; to express a favorable opinion] {m} ein (n v) [to pay a compliment; to express a favorable opinion]
een (a) [algemeen] {m} eine (a) [algemeen]
een (o) [hoofdtelwoord] {m} eine (o) [hoofdtelwoord]
een (conj n prep) [indefinite article] {m} eine (conj n prep) [indefinite article]

NL DE Vertalingen voor transfusie

transfusie (n) [geneeskunde] {f} Bluttransfusion (n) {f} [geneeskunde]
transfusie (n) [medicine: the transfer of blood or blood products from one individual to another] {f} Bluttransfusion (n) {f} [medicine: the transfer of blood or blood products from one individual to another]
transfusie (n) [geneeskunde] {f} Transfusion (n) {f} [geneeskunde]
transfusie (n) [medicine: the transfer of blood or blood products from one individual to another] {f} Transfusion (n) {f} [medicine: the transfer of blood or blood products from one individual to another]

NL DE Vertalingen voor geven

geven (v n) [transfer the possession of something to someone else] abgeben (v n) [transfer the possession of something to someone else]
geven (v) [wiskunde] lassen (v) [wiskunde]
geven (v) [voldoening] beibringen (v) [voldoening]
geven (v) [landbouw] tragen (v) [landbouw]
geven (v) [voorwerp] reichen (v) [voorwerp]
geven (v) [voorwerpen] reichen (v) [voorwerpen]
geven (v) geben (v)
geven (v) [algemeen] geben (v) [algemeen]
geven (v) [geschenk] geben (v) [geschenk]
geven (v) [overhandigen] geben (v) [overhandigen]