Zoek woord doezelen heeft 3 resultaten
Ga naar
NL Nederlands DE Duits
doezelen (v n) [To sleep, especially briefly; to nap] dösen (v n) [To sleep, especially briefly; to nap]
doezelen (v n) [To sleep, especially briefly; to nap] nicken (v n) [To sleep, especially briefly; to nap]
doezelen (v n) [To sleep, especially briefly; to nap] ein Nickerchen machen (v n) [To sleep, especially briefly; to nap]
NL Synoniemen voor doezelen DE Vertalingen
dommelen [slapen] einnicken
dutten [slapen] n pennen
rusten [slapen] sich erholen
sluimeren [slapen] n einnicken
snurken [slapen] schnarchen
soezen [slapen] n Duseln {n}
suffen [dommelen] pennen