Zoek woord wat heeft 44 resultaten
NL Nederlands SV Zweeds
wat (o) [bettr. vnw. - voorwerp. - enk.] vadå (o) [bettr. vnw. - voorwerp. - enk.]
wat (o) [hoeveelheid] ganska (o) [hoeveelheid]
wat (o) [interjectie] ursäkta (o) [interjectie]
wat (a) [algemeen] någonting (a) [algemeen]
wat (a) [algemeen] nätt och jämt (a) [algemeen]
NL Nederlands SV Zweeds
wat (a) [algemeen] med nöd och näppe (a) [algemeen]
wat (pronoun determiner adv) [unspecified amount of] lite (pronoun determiner adv) [unspecified amount of]
wat (o) [aanwijzend voornaamwoord] va (o) [aanwijzend voornaamwoord]
wat (o) [bettr. vnw. - voorwerp. - enk.] va (o) [bettr. vnw. - voorwerp. - enk.]
wat (o) [vragend voornaamwoord] va (o) [vragend voornaamwoord]
wat (o) [aanwijzend voornaamwoord] vadå (o) [aanwijzend voornaamwoord]
wat (o) [graad] ganska (o) [graad]
wat (o) [vragend voornaamwoord] vadå (o) [vragend voornaamwoord]
wat (o) [aanwijzend voornaamwoord] vad (o) {n} [aanwijzend voornaamwoord]
wat (o) [bettr. vnw. - voorwerp. - enk.] vad (o) {n} [bettr. vnw. - voorwerp. - enk.]
wat (pronoun adv int determiner) [interrogative pronoun] vad (pronoun adv int determiner) {n} [interrogative pronoun]
wat (pronoun adv int determiner) [such] vad (pronoun adv int determiner) {n} [such]
wat (pronoun adv int determiner) [that which; those that; the thing that] vad (pronoun adv int determiner) {n} [that which; those that; the thing that]
wat (o) [vragend voornaamwoord] vad (o) {n} [vragend voornaamwoord]
wat (pronoun adv int determiner) [such] sådan (pronoun adv int determiner) [such]
wat (o) [interjectie] förlåt (o) [interjectie]
wat (o) [interjectie] hur sa (o) [interjectie]
wat (pronoun determiner adv) [unspecified amount of] en del (pronoun determiner adv) [unspecified amount of]
wat (o) [aanwijzend voornaamwoord] vad som (o) [aanwijzend voornaamwoord]
wat (o) [bettr. vnw. - voorwerp. - enk.] vad som (o) [bettr. vnw. - voorwerp. - enk.]
wat (o) [vragend voornaamwoord] vad som (o) [vragend voornaamwoord]
wat (pronoun adv int determiner) [nonstandard relative pronoun] som (pronoun adv int determiner) [nonstandard relative pronoun]
wat (pronoun adv int determiner) [such] (pronoun adv int determiner) [such]
wat (a) [algemeen] knappt (a) [algemeen]
wat (o) [aanwijzend voornaamwoord] det (o) [aanwijzend voornaamwoord]
wat (o) [bettr. vnw. - voorwerp. - enk.] det (o) [bettr. vnw. - voorwerp. - enk.]
wat (o) [vragend voornaamwoord] det (o) [vragend voornaamwoord]
wat (o) [vervangend betr. vnw. - enk.] vilket (o) [vervangend betr. vnw. - enk.]
wat (o) [onbepaald voornaamwoord - enk.] vad som helst (o) [onbepaald voornaamwoord - enk.]
wat (a) [algemeen] några (a) [algemeen]
wat (a) [hoeveelheid] några (a) [hoeveelheid]
wat (o) [hoeveelheid] några (o) [hoeveelheid]
wat (a) [algemeen] något (a) [algemeen]
wat (o) [graad] något (o) [graad]
wat (a) [hoeveelheid] något (a) [hoeveelheid]
wat (o) [hoeveelheid] något (o) [hoeveelheid]
wat (o) [graad] en smula (o) [graad]
wat (a) [hoeveelheid] en smula (a) [hoeveelheid]
wat (o) [hoeveelheid] en smula (o) [hoeveelheid]
NL Synoniemen voor wat SV Vertalingen
paar [wat] n jämn
enigszins [beetje] någorlunda
ietwat [beetje] någorlunda
tikje [beetje] n liten bit (v n)
tikkeltje [beetje] n stänk {n}
iets [beetje] något
zeker [een beetje] definitivt
enig [een beetje] enda
lichtelijk [enigermate] något
een beetje [enig] n struntsumma (u)