Zoek woord dit heeft 32 resultaten
NL Nederlands SV Zweeds
dit (o) [plaats] där (o) [plaats]
dit (o) [plaats] på den platsen (o) [plaats]
dit (o) [plaats] här (o) [plaats]
dit (determiner adv pronoun) [The thing, item, etc. being indicated] det här (determiner adv pronoun) [The thing, item, etc. being indicated]
dit (a) [aanwijzend bijvoeglijk nw. - enk.] det här (a) [aanwijzend bijvoeglijk nw. - enk.]
NL Nederlands SV Zweeds
dit (o) [aanwijzend voornaamwoord] det här (o) [aanwijzend voornaamwoord]
dit (o) [algemeen] det här (o) [algemeen]
dit (determiner adv pronoun) [The thing, item, etc. being indicated] detta (determiner adv pronoun) [The thing, item, etc. being indicated]
dit (o) [algemeen] detta (o) [algemeen]
dit (determiner adv pronoun) [The thing, item, etc. being indicated] den här (determiner adv pronoun) [The thing, item, etc. being indicated]
dit (a) [aanwijzend bijvoeglijk nw. - enk.] den här (a) [aanwijzend bijvoeglijk nw. - enk.]
dit (o) [aanwijzend voornaamwoord] den här (o) [aanwijzend voornaamwoord]
dit (determiner adv pronoun) [the (thing) here] den här (determiner adv pronoun) [the (thing) here]
dit (determiner adv pronoun) [The thing, item, etc. being indicated] denna (determiner adv pronoun) [The thing, item, etc. being indicated]
dit (determiner adv pronoun) [the (thing) here] denna (determiner adv pronoun) [the (thing) here]
SV Zweeds NL Nederlands
dit (o) [allmän] daarheen (o) [allmän]
dit (adv) [to that place] derwaarts (adv) [to that place] (adv)
dit (conj adv pronoun n) [to which place or situation] waartoe (conj adv pronoun n) [to which place or situation]
dit (conj adv pronoun n) [to which place or situation] waarheen (conj adv pronoun n) [to which place or situation]
dit (o) [destination] daar naartoe (o) [destination]
dit (o) [allmän] daar naartoe (o) [allmän]
dit (adv) [to that place] daarheen (adv) [to that place]
dit (adv int n pronoun) [to or into that place; thither] daarheen (adv int n pronoun) [to or into that place; thither]
dit (o) [destination] daarheen (o) [destination]
dit (o) [allmän] daar (o) [allmän]
dit (o) [destination] heen (o) [destination]
dit (o) [allmän] heen (o) [allmän]
dit (o) [destination] naar toe (o) [destination]
dit (o) [allmän] naar toe (o) [allmän]
dit (adv) [to that place] aldaar (adv) [to that place]
dit (adv int n pronoun) [to or into that place; thither] aldaar (adv int n pronoun) [to or into that place; thither]
dit (o) [destination] daar (o) [destination]

Zweeds Nederlands vertalingen

SV Synoniemen voor dit NL Vertalingen
här [närvarande] army
där [närvarande] where
hit [närvarande] hither
på platsen [närvarande] in situ
framme [närvarande] in front