Zoek woord deze heeft 28 resultaten
NL Nederlands SV Zweeds
deze (a) [aanwijzend bijvoeglijk nw. - mv.] den här (a) [aanwijzend bijvoeglijk nw. - mv.]
deze (determiner adv pronoun) [the (thing) here] denna (determiner adv pronoun) [the (thing) here]
deze (determiner adv pronoun) [The thing, item, etc. being indicated] denna (determiner adv pronoun) [The thing, item, etc. being indicated]
deze (adj n) [first of aforementioned two items] föregående (adj n) [first of aforementioned two items]
deze (o) [aanwijzend voornaamwoord - mv.] de här (o) [aanwijzend voornaamwoord - mv.]
NL Nederlands SV Zweeds
deze (o) [aanwijzend voornaamwoord] de här (o) [aanwijzend voornaamwoord]
deze (a) [aanwijzend bijvoeglijk nw. - mv.] de här (a) [aanwijzend bijvoeglijk nw. - mv.]
deze (a) [aanwijzend bijvoeglijk nw. - enk.] de här (a) [aanwijzend bijvoeglijk nw. - enk.]
deze (o) [aanwijzend] de här (o) [aanwijzend]
deze (o) [aanwijzend voornaamwoord - mv.] de där (o) [aanwijzend voornaamwoord - mv.]
deze (o) [aanwijzend] de där (o) [aanwijzend]
deze (determiner adv pronoun) [the (thing) here] den här (determiner adv pronoun) [the (thing) here]
deze (o) [aanwijzend voornaamwoord - mv.] den här (o) [aanwijzend voornaamwoord - mv.]
deze (o) [aanwijzend voornaamwoord] den här (o) [aanwijzend voornaamwoord]
deze (o) [aanwijzend] den där (o) [aanwijzend]
deze (a) [aanwijzend bijvoeglijk nw. - enk.] den här (a) [aanwijzend bijvoeglijk nw. - enk.]
deze (o) [aanwijzend] den här (o) [aanwijzend]
deze (determiner adv pronoun) [The thing, item, etc. being indicated] den här (determiner adv pronoun) [The thing, item, etc. being indicated]
deze (determiner adv pronoun) [The thing, item, etc. being indicated] detta (determiner adv pronoun) [The thing, item, etc. being indicated]
deze (o) [aanwijzend voornaamwoord - mv.] det här (o) [aanwijzend voornaamwoord - mv.]
deze (o) [aanwijzend voornaamwoord] det här (o) [aanwijzend voornaamwoord]
deze (a) [aanwijzend bijvoeglijk nw. - mv.] det här (a) [aanwijzend bijvoeglijk nw. - mv.]
deze (a) [aanwijzend bijvoeglijk nw. - enk.] det här (a) [aanwijzend bijvoeglijk nw. - enk.]
deze (o) [aanwijzend] det här (o) [aanwijzend]
deze (determiner adv pronoun) [The thing, item, etc. being indicated] det här (determiner adv pronoun) [The thing, item, etc. being indicated]
deze (o) [aanwijzend voornaamwoord - mv.] det där (o) [aanwijzend voornaamwoord - mv.]
deze (o) [aanwijzend] det där (o) [aanwijzend]
deze (o) [aanwijzend voornaamwoord - mv.] den där (o) [aanwijzend voornaamwoord - mv.]