NL SV Nederlands Zweeds alfabetisch woordenboek K
- kaaiman ... kabbelen
- kabbelen ... kadetje
- kaf ... kalefaterden op
- kalefateren op ... kalkoen
- kalkoven ... kalven
- kalven ... kamgaren
- kamille ... kandelaber
- kandelaber ... kandidaat in de exacte wetenschappen
- kandidaat in de exacte wetenschappen ... kandidate in de exacte wetenschappen
- kandidate in de exacte wetenschappen ... kannibaal
- kannibaal ... kanonneerboot
- kanonneerboot ... kanteloep
- kantelt om ... kantrechten
- kantrechten ... kapitalisme
- kapitalisme ... kappen op
- kapperszaak ... karakter
- karakter ... karikaturist
- karikatuur ... kassen
- kassen ... katje
- katoen ... kavalkade
- kavalkade ... keelspiegel
- keelspiegel ... keken omhoog
- keken omhoog ... kelk
- kelk ... kennelijk
- kennelijk ... kennisgeving
- kennisgeving ... kenster
- kenster ... kerkgemeenschap
- kerkgenootschap ... kernbom
- kernbom ... kernenergiecentrale
- kernenergiecentrale ... kernkop
- kernkop ... kettingbotsing
- kettingbotsing ... kibbelt
- kibboets ... kieming
- kiemvrij ... kiezel-
- kiezel- ... kijk
- kijk ... kikkerde op
- kikkeren op ... kinder-
- kinder- ... kinderjaren
- kinderjaren ... kinderziektes
- kinderziektes ... kissebissen
- kissebissen ... kiwi
- kiwi ... Klaas Vaak
- klad ... klandestien
- klandestien ... klapkauwgom
- klapkauwgom ... klappen neer
- klappen neer ... klarinet
- klarinettist ... klauteren
- klautert ... kleed aan
- kleed op ... klein-foliopapier
- klein-foliopapier ... kleingeestig
- kleingeestig ... kleingeestigheid
- kleingeestigheid ... kleinsnijdend
- kleinste ... kleinzielig
- kleinzielig ... kleptomaan
- kleptomaan ... kleum
- kleumen ... kleurendia's
- kleurloos ... kleuterschool
- kleutert ... klimaat
- klimaat ... klinknagel
- klinknagel ... klokkenspel
- klokten ... kloosterling
- kloosterwezen ... klopwerend middel
- klos ... kluppelend
- kluppelend ... knakte
- knakte ... knaldemper
- knaldemper ... knalden
- knalden neer ... knappen
- knappen ... knauwde
- knauwden ... knettergek
- knettergek ... knieschijf
- kniezen ... knip
- knip ... knisterde
- knistert ... knooppunt
- knooppunt ... koagulerend
- koagulerend ... koeioneren
- koeioneren ... koelbox
- koelen ... koerierster
- koerierster ... koffiebar
- koffiebar ... kokkerelde
- kokkerelde ... kollektioneren
- kollektioneren ... kolonist
- kolonist ... komen door
- komen langs ... kommer
- kommer ... komplot
- komplot ... konfedereer
- konfedereerde ... kongresseren
- kongrueerden ... konkordeerde
- konkordeerden ... konsigneerde
- konsigneerde ... kontkruipen
- kontkruipen ... kooldioxyde
- kooldioxyde ... koopje
- koopje ... koorhemd
- koorhemd ... koortsig
- koortsig ... koperachtig
- koperachtig ... koppel los
- koppelde ... korfballen
- korfballen ... korstig
- korstmos ... kortaf
- kortaf ... korting geven op
- korting geven op ... kostwinner
- kostwinner ... koud worden
- koud worden ... koëdukatie-
- koëdukatie- ... krabbedief
- krabbedieft ... krachteloosheid
- krachteloosheid ... krachtige invloed
- krachtige invloed ... krans
- krans ... krat
- krat ... kregelig
- kregelig ... kremeer
- kremeerde ... krentte
- kreosoteerde ... kreupelden
- kreupelhout ... krieuwelde
- krieuwelden ... krijgsmacht
- krijgsmacht ... krijzeltandden
- krijzeltanden ... krikte
- krikte op ... krinkelen
- krinkelend ... kristallizeren
- kristallizeren ... kroegbazin
- kroegbazin ... krommen
- krommen ... krookt
- krookte ... kroppen
- kroppend ... kruiderij
- kruiderij ... kruipen voor
- kruipen voor ... kruiser
- kruiser ... krukkend
- krukt ... kuier
- kuier om ... kuitschietend
- kuitschietend ... kunst
- kunst ... kureerden
- kureerden ... kwaaddoend
- kwaadgedaan ... kwade geest
- kwade geest ... kwade opzet
- kwade opzet ... kwakte
- kwakte neer ... kwalmden
- kwalmen ... kwartelend
- kwartelt ... kweken
- kweken ... kwelmend
- kwelmt ... kwiekheid
- kwijl ... kwik op
- Kwik, Kwek en Kwak ... kwistend
- kwistten ... kyanizerend