NL PT Nederlands Portugees vertalingen voor voor het ogenblik
Zoek woord voor het ogenblik heeft 14 resultaten
Ga naar Nederlands » Portugees
NL | Nederlands | PT | Portugees | |
---|---|---|---|---|
voor het ogenblik (o) [tijd] | hoje (o) [tijd] | |||
voor het ogenblik (o) [tijd] | hoje em dia (o) [tijd] | |||
voor het ogenblik (o) [tijd] | atualmente (o) [tijd] | |||
voor het ogenblik (o) [tijd] | no presente (o) [tijd] | |||
voor het ogenblik (o) [tijd] | agora (o) [tijd] |
NL | Nederlands | PT | Portugees | |
---|---|---|---|---|
voor het ogenblik (o) [tijd] | passageiro (o) {m} [tijd] | |||
voor het ogenblik (o) [tijd] | provisoriamente (o) [tijd] | |||
voor het ogenblik (o) [tijd] | temporariamente (o) [tijd] | |||
voor het ogenblik (o) [tijd] | por enquanto (o) [tijd] | |||
voor het ogenblik (o) [tijd] | improvisado (o) [tijd] | |||
voor het ogenblik (o) [tijd] | transitório (o) [tijd] | |||
voor het ogenblik (o) [tijd] | momentâneo (o) [tijd] | |||
voor het ogenblik (o) [tijd] | provisório (o) [tijd] | |||
voor het ogenblik (o) [tijd] | temporário (o) [tijd] |
NL PT Vertalingen voor voor
voor (o) [algemeen] {m} | para (o) [algemeen] | |||
voor (conj prep) [directed at, intended to belong to] {m} | para (conj prep) [directed at, intended to belong to] | |||
voor (o) [plaats] {m} | para (o) [plaats] | |||
voor (o) [ruil] {m} | para (o) [ruil] | |||
voor (o) [tijd] {m} | para (o) [tijd] | |||
voor (o) [algemeen] {m} | por (o) [algemeen] | |||
voor (prep conj) [in exchange for] {m} | por (prep conj) [in exchange for] | |||
voor (conj prep) [over a period of time] {m} | por (conj prep) [over a period of time] | |||
voor (o) [prijs] {m} | por (o) [prijs] | |||
voor (o) [ruil] {m} | por (o) [ruil] |
NL PT Vertalingen voor het
het (article adv) [article] | a (article adv) [article] | |||
het (article adv) [stressed, indicating that the object in question is the only one worthy of attention] | a (article adv) [stressed, indicating that the object in question is the only one worthy of attention] | |||
het (article adv) [with an adjectival noun, as in “the hungry” to mean “hungry people”] | a (article adv) [with an adjectival noun, as in “the hungry” to mean “hungry people”] | |||
het (n v abbr) [work, suffice] | servir (n v abbr) [work, suffice] | |||
het (o) [persoonlijk vnw. - lijdend vw.] | isso (o) [persoonlijk vnw. - lijdend vw.] | |||
het (o) [persoonlijk vnw. - onderwerp] | isso (o) [persoonlijk vnw. - onderwerp] | |||
het (o) [persoonlijk vnw. - lijdend vw.] | isto (o) [persoonlijk vnw. - lijdend vw.] | |||
het (o) [persoonlijk vnw. - onderwerp] | isto (o) [persoonlijk vnw. - onderwerp] | |||
het (article adv) [article] | o (article adv) [article] | |||
het (o) [bepaald lidwoord] | o (o) [bepaald lidwoord] |
NL PT Vertalingen voor ogenblik
ogenblik (n) [periode] {n} | instante (n) {m} [periode] | |||
ogenblik (n) [tijd] {n} | instante (n) {m} [tijd] | |||
ogenblik (n) [periode] {n} | piscar de olhos (n) {m} [periode] | |||
ogenblik (n) [tijd] {n} | piscar de olhos (n) {m} [tijd] | |||
ogenblik (n) [periode] {n} | abrir e fechar de olhos (n) {m} [periode] | |||
ogenblik (n) [tijd] {n} | abrir e fechar de olhos (n) {m} [tijd] | |||
ogenblik (n) [periode] {n} | momento (n) {m} [periode] | |||
ogenblik (n) [tijd] {n} | momento (n) {m} [tijd] |