Zoek woord van een zekering voorzien heeft eén resultaat
Ga naar
NL Nederlands IT Italiaans
van een zekering voorzien (a) [elektriciteit] sotto fusibile (a) [elektriciteit]

NL IT Vertalingen voor van

van (o) [algemeen] per (o) [algemeen]
van (v prep) [be the property of] a (v prep) [be the property of]
van (o) [algemeen] di (o) [algemeen]
van (o) [bezit] di (o) [bezit]
van (o) [boeken] di (o) [boeken]
van (o) [materiaal] di (o) [materiaal]
van (o) [oorsprong] di (o) [oorsprong]
van (o) [plaats] di (o) [plaats]
van (o) [tijd] di (o) [tijd]
van (o) [bezit] da (o) [bezit]

NL IT Vertalingen voor een

een (v n) [to assign a role in a play or performance] {m} assegnare (v n) [to assign a role in a play or performance]
een (a) [algemeen] {m} qualche (a) [algemeen]
een (a) [hoofdtelwoord] {m} qualche (a) [hoofdtelwoord]
een (a) [onbepaald bijvoeglijk naamwoord] {m} qualche (a) [onbepaald bijvoeglijk naamwoord]
een (a) [algemeen] {m} un (a) [algemeen]
een (a) [hoofdtelwoord] {m} un (a) [hoofdtelwoord]
een (o) [hoofdtelwoord] {m} un (o) [hoofdtelwoord]
een (conj n prep) [indefinite article] {m} un (conj n prep) [indefinite article]
een (a) [onbepaald bijvoeglijk naamwoord] {m} un (a) [onbepaald bijvoeglijk naamwoord]
een (o) [onbepaald lidwoord] {m} un (o) [onbepaald lidwoord]

NL IT Vertalingen voor zekering

zekering (n) [elektriciteit] {f} valvola fusibile (n) {f} [elektriciteit]
zekering (n v) [device preventing overloading of a circuit] {f} fusibile (n v) {m} [device preventing overloading of a circuit]
zekering (n) [elektriciteit] {f} fusibile (n) {m} [elektriciteit]

NL IT Vertalingen voor voorzien

voorzien (n adj v) [destine] {n} destinare (n adj v) [destine]
voorzien (n) [aktie] {n} provvedimento (n) {m} [aktie]
voorzien (v) [toekomst] {n} aspettarsi (v) [toekomst]
voorzien (v) [verwachten] {n} aspettarsi (v) [verwachten]
voorzien (n adj v) [destine] {n} prevedere (n adj v) [destine]
voorzien (v) [plan] {n} prevedere (v) [plan]
voorzien (v) [rechten] {n} prevedere (v) [rechten]
voorzien (v) [to anticipate] {n} prevedere (v) [to anticipate]
voorzien (v) [toekomst] {n} prevedere (v) [toekomst]
voorzien (v) [verwachten] {n} prevedere (v) [verwachten]