Zoek woord schok heeft 17 resultaten
NL Nederlands IT Italiaans
schok (n) [ontploffing] {m} colpo (n) {m} [ontploffing]
schok (n) [beweging] {m} soprassalto (n) {m} [beweging]
schok (n) [schudden] {m} scossone (n) {m} [schudden]
schok (n) [ontploffing] {m} shock (n) {m} [ontploffing]
schok (n) [natuur] {m} shock (n) {m} [natuur]
NL Nederlands IT Italiaans
schok (n) [gevoelens] {m} shock (n) {m} [gevoelens]
schok (n) [ontploffing] {m} choc (n) {m} [ontploffing]
schok (n) [natuur] {m} choc (n) {m} [natuur]
schok (n) [gevoelens] {m} choc (n) {m} [gevoelens]
schok (n) [gevoelens] {m} scossa (n) {f} [gevoelens]
schok (n) [natuur] {m} colpo (n) {m} [natuur]
schok (n) [gevoelens] {m} colpo (n) {m} [gevoelens]
schok (n) [ontploffing] {m} urto (n) {m} [ontploffing]
schok (n) [natuur] {m} urto (n) {m} [natuur]
schok (n) [gevoelens] {m} urto (n) {m} [gevoelens]
schok (n) [ontploffing] {m} scossa (n) {f} [ontploffing]
schok (n) [natuur] {m} scossa (n) {f} [natuur]
NL Synoniemen voor schok IT Vertalingen
bons [beving] m rimbalzo {m}
ruk [beving] m slogatura {f}
stoot [beving] m gnocca {f}
trilling [beving] f tremolio {m}
dreun [drama] m colpo {m}
klap [drama] m colpo {m}
tegenslag [ramp] m avversità {f}
slag [ramp] m battaglia {f}
aardbeving [aardschok] f sisma {m}