Zoek woord voor het ogenblik heeft 16 resultaten

NL FR Vertalingen voor voor

voor [algemeen] {m} de [algemeen]
voor [ruil] {m} de [ruil]
voor (conj prep) [over a period of time] {m} pendant (conj prep) [over a period of time]
voor (prep) [in support of] {m} avec (prep) [in support of]
voor (prep adv conj) [earlier than in time] {m} avant que (prep adv conj) [earlier than in time]
voor [plaats] {m} avant que [plaats]
voor [tijd] {m} avant que [tijd]
voor {m} avant {m}
voor (prep adv conj) [earlier than in time] {m} avant (prep adv conj) {m} [earlier than in time]
voor (prep adv conj) [in front of according to an ordering system] {m} avant (prep adv conj) {m} [in front of according to an ordering system]

NL FR Vertalingen voor het

het (n v abbr) [work, suffice] aller (n v abbr) [work, suffice]
het [persoonlijk vnw. - lijdend vw.] ce [persoonlijk vnw. - lijdend vw.]
het [persoonlijk vnw. - onderwerp] ce [persoonlijk vnw. - onderwerp]
het [persoonlijk vnw. - lijdend vw.] ça [persoonlijk vnw. - lijdend vw.]
het [persoonlijk vnw. - onderwerp] ça [persoonlijk vnw. - onderwerp]
het [persoonlijk vnw. - lijdend vw.] cela [persoonlijk vnw. - lijdend vw.]
het [persoonlijk vnw. - onderwerp] cela [persoonlijk vnw. - onderwerp]
het le
het (article adv) [article] le (article adv) [article]
het [bepaald lidwoord] le [bepaald lidwoord]

NL FR Vertalingen voor ogenblik

ogenblik [periode] {n} clin d'œil {m} [periode]
ogenblik [tijd] {n} clin d'œil {m} [tijd]
ogenblik {n} instant {m}
ogenblik [periode] {n} instant {m} [periode]
ogenblik [tijd] {n} instant {m} [tijd]
ogenblik [periode] {n} seconde {f} [periode]
ogenblik [tijd] {n} seconde {f} [tijd]
ogenblik [periode] {n} moment {m} [periode]
ogenblik [tijd] {n} moment {m} [tijd]
ogenblik {n} moment {m}