Zoek woord uitvoeren heeft 43 resultaten
NL Nederlands FR Frans
uitvoeren [handel] {n} exporter [handel]
uitvoeren [bevel] {n} effectuer [bevel]
uitvoeren [contract] {n} effectuer [contract]
uitvoeren [handel] {n} effectuer [handel]
uitvoeren [straf] {n} effectuer [straf]
NL Nederlands FR Frans
uitvoeren [taak] {n} effectuer [taak]
uitvoeren [bevel] {n} mettre à exécution [bevel]
uitvoeren [handel] {n} mettre à exécution [handel]
uitvoeren [straf] {n} mettre à exécution [straf]
uitvoeren [taak] {n} mettre à exécution [taak]
uitvoeren [bevel] {n} exporter [bevel]
uitvoeren [algemeen] {n} effectuer [algemeen]
uitvoeren [straf] {n} exporter [straf]
uitvoeren [taak] {n} exporter [taak]
uitvoeren [aktie] {n} exécution {f} [aktie]
uitvoeren [contract] {n} réaliser [contract]
uitvoeren [plan] {n} réaliser [plan]
uitvoeren [taak] {n} réaliser [taak]
uitvoeren [contract] {n} s'acquitter de [contract]
uitvoeren [taak] {n} s'acquitter de [taak]
uitvoeren [muziek] {n} interpréter [muziek]
uitvoeren [muziek] {n} jouer de [muziek]
uitvoeren [contract] {n} exécuter [contract]
uitvoeren [taak] {n} terminer [taak]
uitvoeren [taak] {n} achever [taak]
uitvoeren [theater] {n} monter [theater]
uitvoeren [theater] {n} mettre en scène [theater]
uitvoeren [muziek] {n} jouer [muziek]
uitvoeren [theater] {n} jouer [theater]
uitvoeren [theater] {n} représenter [theater]
uitvoeren (v) [To start, launch or run software] {n} exécuter (v) [To start, launch or run software]
uitvoeren [algemeen] {n} exécuter [algemeen]
uitvoeren [bevel] {n} exécuter [bevel]
uitvoeren [taak] {n} finir [taak]
uitvoeren [handel] {n} exécuter [handel]
uitvoeren [straf] {n} exécuter [straf]
uitvoeren [taak] {n} exécuter [taak]
uitvoeren [algemeen] {n} accomplir [algemeen]
uitvoeren [bevel] {n} accomplir [bevel]
uitvoeren [contract] {n} accomplir [contract]
uitvoeren [handel] {n} accomplir [handel]
uitvoeren [straf] {n} accomplir [straf]
uitvoeren [taak] {n} accomplir [taak]