Zoek woord het anders aanpakken heeft 4 resultaten
Ga naar

NL FR Vertalingen voor het

het (n v abbr) [work, suffice] aller (n v abbr) [work, suffice]
het [persoonlijk vnw. - lijdend vw.] ce [persoonlijk vnw. - lijdend vw.]
het [persoonlijk vnw. - onderwerp] ce [persoonlijk vnw. - onderwerp]
het [persoonlijk vnw. - lijdend vw.] ça [persoonlijk vnw. - lijdend vw.]
het [persoonlijk vnw. - onderwerp] ça [persoonlijk vnw. - onderwerp]
het [persoonlijk vnw. - lijdend vw.] cela [persoonlijk vnw. - lijdend vw.]
het [persoonlijk vnw. - onderwerp] cela [persoonlijk vnw. - onderwerp]
het le
het (article adv) [article] le (article adv) [article]
het [bepaald lidwoord] le [bepaald lidwoord]

NL FR Vertalingen voor anders

anders [algemeen] sinon [algemeen]
anders [bijwoord] sinon [bijwoord]
anders [voegwoord] sinon [voegwoord]
anders (adj adv conj) [word that implies any result with the exception of the one being referred to] sinon (adj adv conj) [word that implies any result with the exception of the one being referred to]
anders [ironisch] différent [ironisch]
anders (adj n) [not the same] différent (adj n) [not the same]
anders (adj n) [unlike most others] différent (adj n) [unlike most others]
anders [algemeen] autrement [algemeen]
anders [bijwoord] autrement [bijwoord]
anders [voegwoord] autrement [voegwoord]

NL FR Vertalingen voor aanpakken

aanpakken (n v) [to face or deal with] combattre (n v) [to face or deal with]
aanpakken [algemeen] aborder [algemeen]
aanpakken [probleem] aborder [probleem]
aanpakken [situatie] aborder [situatie]
aanpakken [persoon] conduire [persoon]
aanpakken [probleem] conduire [probleem]
aanpakken [situatie] conduire [situatie]
aanpakken [algemeen] s'attaquer à [algemeen]
aanpakken [probleem] s'attaquer à [probleem]
aanpakken [situatie] s'attaquer à [situatie]