Zoek woord chasser heeft 66 resultaten
FR Frans NL Nederlands
chasser (v) [sports - chasse] jagen (v) [sports - chasse]
chasser (v) [animaux] afschrikken (v) [animaux]
chasser (v) [to drive away by scattering] verjagen (v) [to drive away by scattering]
chasser (v) [animaux] verstoten (v) [animaux]
chasser (v) [ennemi] verstoten (v) [ennemi]
FR Frans NL Nederlands
chasser (v) [gens] verstoten (v) [gens]
chasser (v) [général] verstoten (v) [général]
chasser (v) [militaire] verstoten (v) [militaire]
chasser (v) [personne] uitgooien (v) [personne]
chasser (v) [personne] uitstoten (v) [personne]
chasser (v) [animaux] vervolgen (v) [animaux]
chasser (v) [criminel] vervolgen (v) [criminel]
chasser (v) [sports - chasse] vervolgen (v) [sports - chasse]
chasser jagen
chasser (v) [animaux] jagen (v) [animaux]
chasser (v) [criminel] jagen (v) [criminel]
chasser (v) [militaire] verjagen (v) [militaire]
chasser (v) [personne] eruit zetten (v) [personne]
chasser achtervolgen {n}
chasser (v) [animaux] achtervolgen (v) {n} [animaux]
chasser (v) [criminel] achtervolgen (v) {n} [criminel]
chasser (v) [sports - chasse] achtervolgen (v) {n} [sports - chasse]
chasser (n v) [to pursue, to follow at speed] achtervolgen (n v) {n} [to pursue, to follow at speed]
chasser (v) [animaux] achternazitten (v) [animaux]
chasser (v) [criminel] achternazitten (v) [criminel]
chasser (v) [sports - chasse] achternazitten (v) [sports - chasse]
chasser (n v) [to pursue, to follow at speed] achternazitten (n v) [to pursue, to follow at speed]
chasser (v) [animaux] najagen (v) [animaux]
chasser (v) [criminel] najagen (v) [criminel]
chasser (v) [sports - chasse] najagen (v) [sports - chasse]
chasser (v n) [cause animals to flee out of] voortdrijven (v n) [cause animals to flee out of]
chasser (n v) [to pursue, to follow at speed] achternajagen (n v) [to pursue, to follow at speed]
chasser (v) [militaire] verdrijven (v) [militaire]
chasser (v) [général] afschrikken (v) [général]
chasser (v) [animaux] wegjagen (v) [animaux]
chasser (v) [général] wegjagen (v) [général]
chasser (v) [animaux] terugdrijven (v) [animaux]
chasser (v) [chien] terugdrijven (v) [chien]
chasser (v) [ennemi] terugdrijven (v) [ennemi]
chasser (v) [gens] terugdrijven (v) [gens]
chasser (v) [général] terugdrijven (v) [général]
chasser (v) [militaire] terugdrijven (v) [militaire]
chasser (v) [animaux] verdrijven (v) [animaux]
chasser (v) [chien] verdrijven (v) [chien]
chasser (v) [ennemi] verdrijven (v) [ennemi]
chasser (v) [gens] verdrijven (v) [gens]
chasser (v) [général] verdrijven (v) [général]
chasser (v) [général] verjagen (v) [général]
chasser (v) [criminel] op jacht gaan (v) [criminel]
chasser (v) [gens] verjagen (v) [gens]
chasser (v) [force to leave or go away] verjagen (v) [force to leave or go away]
chasser (v) [ennemi] verjagen (v) [ennemi]
chasser (v) [animaux] verjagen (v) [animaux]
chasser (v) [personne] uitzetten (v) [personne]
chasser (v) [général] uitzetten (v) [général]
chasser (v) [sports - chasse] op jacht gaan (v) [sports - chasse]
chasser (v) [to drive away by scattering] verdrijven (v) [to drive away by scattering]
chasser (v) [animaux] op jacht gaan (v) [animaux]
chasser (v) [personne] eruit gooien (v) [personne]
chasser (v) [personne] eruit donderen (v) [personne]
chasser (v) [ennemi] zich van het lijf houden (v) [ennemi]
chasser (v) [chien] zich van het lijf houden (v) [chien]
chasser (v) [ennemi] van zich af houden (v) [ennemi]
chasser (v) [chien] van zich af houden (v) [chien]
chasser achternazitten
chasser achternajagen

Frans Nederlands vertalingen