Woxikon / Woordenboek / Nederlands Spaans / I / intervenir

NL ES Nederlands Spaans vertalingen voor intervenir

Zoek woord intervenir heeft 11 resultaten
Ga naar Spaans » Nederlands
ES Spaans NL Nederlands
intervenir (v) [discusión] onderbreken (v) [discusión]
intervenir (n v) [to intercept communication] aftappen (n v) {n} [to intercept communication]
intervenir (n v) [to intercept communication] afluisteren (n v) {n} [to intercept communication]
intervenir (v) [autoridad] optreden (v) {n} [autoridad]
intervenir (v) [discusión] ertussen komen (v) [discusión]
ES Spaans NL Nederlands
intervenir (v) [discusión] in de rede vallen (v) [discusión]
intervenir (v) [discusión] opmerkingen maken (v) [discusión]
intervenir (v) [discusión] tussenbeide komen (v) [discusión]
intervenir (v) [autoridad] ingrijpen (v) [autoridad]
intervenir (v) [discusión] interveniëren (v) [discusión]
intervenir (n v) [to intercept communication] meeluisteren (n v) [to intercept communication]

Spaans Nederlands vertalingen

ES Synoniemen voor intervenir NL Vertalingen
interceder [mediar] een goed woordje doen
fallar [mediar] falen
sentenciar [mediar] vonnissen
arbitrar [mediar] als scheidsrechter optreden
concurrir [competir] tegelijkertijd gebeuren
luchar [competir] ijveren
rivalizar [competir] wedijveren
comprobar [inspeccionar] controleren {n}
registrar [inspeccionar] fouilleren
examinar [inspeccionar] examineren
verificar [inspeccionar] controleren {n}
vigilar [inspeccionar] bewaken
controlar [inspeccionar] beheersen
inmiscuirse [entremeterse] binnendringen
fisgonear [entremeterse] (informal snuffelen
curiosear [entremeterse] (informal snuffelen
inspeccionar [investigar] checken
criticar [investigar] hekelen
censurar [investigar] censureren {n}
actuar [influenciar] optreden {n}