het eens zijn vertaling - Nederlands Spaans vertaling voor het eens zijn

Woxikon / Woordenboek / Nederlands Spaans / H / het eens zijn

Zoek woord het eens zijn heeft 5 resultaten

Ga naar

NL	Nederlands	ES	Spaans
	het eens zijn (v) [algemeen]		aceptar (v) [algemeen]
	het eens zijn (v) [algemeen]		convenir en (v) [algemeen]
	het eens zijn (v) [algemeen]		concordar (v) [algemeen]
	het eens zijn (v) [algemeen]		estar de acuerdo (v) [algemeen]
	het eens zijn (v) [algemeen]		estar conforme (v) [algemeen]

NL ES Vertalingen voor het

	het		el
	het (article adv) [article]		el (article adv) [article]
	het (o) [bepaald lidwoord]		el (o) [bepaald lidwoord]
	het (article adv) [used as an alternative to a possessive pronoun before body parts]		el (article adv) [used as an alternative to a possessive pronoun before body parts]
	het (article adv) [used with the name of a member of a class to refer to all things in that class]		el (article adv) [used with the name of a member of a class to refer to all things in that class]
	het (article adv) [with a superlative]		el (article adv) [with a superlative]
	het (v int) [to endeavor to gain someone's affection]		jotear (v int) [to endeavor to gain someone's affection] (v int)
	het (article adv) [article]		la (article adv) [article]
	het (o) [bepaald lidwoord]		la (o) [bepaald lidwoord]
	het (o) [persoonlijk vnw. - lijdend vw.]		la (o) [persoonlijk vnw. - lijdend vw.]

NL ES Vertalingen voor eens

	eens (adj v adv n) [implying extreme example]		hasta (adj v adv n) [implying extreme example]
	eens (o) [hoeveelheid]		antes (o) [hoeveelheid]
	eens (o) [toekomst]		antes (o) [toekomst]
	eens (o) [verleden]		antes (o) [verleden]
	eens (o) [verleden]		en otro tiempo (o) [verleden]
	eens (adj v adv n) [implying extreme example]		incluso (adj v adv n) [implying extreme example]
	eens (o) [hoeveelheid]		algún día (o) [hoeveelheid]
	eens (o) [toekomst]		algún día (o) [toekomst]
	eens (o) [verleden]		algún día (o) [verleden]
	eens (o) [hoeveelheid]		alguna vez (o) [hoeveelheid]

NL ES Vertalingen voor zijn

	zijn (v) [algemeen] {n}		encontrarse (v) [algemeen]
	zijn (v) [filosofie] {n}		encontrarse (v) [filosofie]
	zijn (v) [plaats] {n}		encontrarse (v) [plaats]
	zijn (n) [bestaan] {n}		existencia (n) {f} [bestaan]
	zijn (n) [filosofie] {n}		existencia (n) {f} [filosofie]
	zijn (v) [used to indicate weather, air quality, or the like] {n} geweest bent zijn was waren		hacer (v) [used to indicate weather, air quality, or the like] hecho haces hacen hubiste hecho hubieron hecho
	zijn {n} geweest bent zijn was waren		estar estado estás están hubiste estado hubieron estado
	zijn (v) [algemeen] {n} geweest bent zijn was waren		estar (v) [algemeen] estado estás están hubiste estado hubieron estado
	zijn (v) [elliptical form of "be here", or similar] {n} geweest bent zijn was waren		estar (v) [elliptical form of "be here", or similar] estado estás están hubiste estado hubieron estado
	zijn (v) [filosofie] {n} geweest bent zijn was waren		estar (v) [filosofie] estado estás están hubiste estado hubieron estado