Zoek woord asistencia heeft 14 resultaten
ES Spaans NL Nederlands
asistencia (n) [cantidad] {f} publiek (n) {n} [cantidad]
asistencia (n) [general] {f} publiek (n) {n} [general]
asistencia (n) [presencia] {f} aanwezigheid (n) {f} [presencia]
asistencia (n) [presencia] {f} tegenwoordigheid (n) {f} [presencia]
asistencia (n) [ayuda] {f} bijstand (n) {m} [ayuda]
ES Spaans NL Nederlands
asistencia (n) [ayuda] {f} steun (n) {m} [ayuda]
asistencia (n) [ayuda] {f} aanmoediging (n) {f} [ayuda]
asistencia (n) [ayuda] {f} hulp (n) {m} [ayuda]
asistencia (n) [ayuda] {f} assistentie (n) {f} [ayuda]
asistencia (n) [ayuda] {f} morele steun (n) {m} [ayuda]
asistencia (n) [ayuda] {f} ondersteuning (n) {f} [ayuda]
asistencia (n) [ayuda] {f} hulpverlening (n) {f} [ayuda]
asistencia (n) [cantidad] {f} opkomst (n) {f} [cantidad]
asistencia (n) [general] {f} opkomst (n) {f} [general]

Spaans Nederlands vertalingen

ES Synoniemen voor asistencia NL Vertalingen
cooperación [socorro] f samewerking
auditorio [concurrencia] m aula
celo [atención] m kleefband
amor [atención] m liefde
masa [espectadores] f massa
cortesía [favor] f beleefdheid
servicio [favor] m diens
sostén [subsidio] m beha (n)