Zoek woord twin heeft 8 resultaten
EN Engels NL Nederlands
twin tweeling {m}
twin (n v) [either of two people who shared the same uterus, or of two similar or closely related objects] tweeling (n v) {m} [either of two people who shared the same uterus, or of two similar or closely related objects]
twin (n) [man] tweeling (n) {m} [man]
twin (n) [woman] tweeling (n) {m} [woman]
twin (n) [man] tweelingbroer (n) {m} [man]
EN Engels NL Nederlands
twin (n) [woman] tweelingzus (n) {f} [woman]
twin (n) [woman] tweelingzuster (n) {f} [woman]
twin tweeling-

Engels Nederlands vertalingen

EN Synoniemen voor twin NL Vertalingen
brother [sibling] brat {m}
second [quantity] sekunda {f}
two [quantity] dvojka {f}
match [person] vžigalica {f}
reproduction [duplicate] razmnoževanje