Zoek woord uitbranden heeft 7 resultaten
NL | Nederlands | DE | Duits | |
| uitbranden (v) [geneeskunde] {n} - uitgebrand
- brandt uit
- branden uit
- brandde uit
- brandden uit
| | abbrennen (v) [geneeskunde] - abgebrannt
- brennst ab
- brennen ab
- brannten ab
- branntest ab
- brenne ab
| |
| uitbranden (v) [geneeskunde] {n} - uitgebrand
- brandt uit
- branden uit
- brandde uit
- brandden uit
| | ausbrennen (v) [geneeskunde] - ausgebrannt
- brennen aus
- brennst aus
- brannten aus
- branntest aus
- brenne aus
| |
| uitbranden (v) [algemeen] {n} - uitgebrand
- brandt uit
- branden uit
- brandde uit
- brandden uit
| | ausgehen (v) [algemeen] - ausgegangen
- gehen aus
- gehst aus
- gingst aus
- gingen aus
- geh(e) aus
| |
| uitbranden (v) [geneeskunde] {n} - uitgebrand
- brandt uit
- branden uit
- brandde uit
- brandden uit
| | verätzen (v) [geneeskunde] - verätzt
- verätzen
- verätzt
- verätztest
- verätzten
- verätz(e)
| |
| uitbranden (n v adj) [To remove or destroy the most important parts of] {n} - uitgebrand
- brandt uit
- branden uit
- brandde uit
- brandden uit
| | ausweiden (n v adj) [To remove or destroy the most important parts of] - ausgeweidet
- weiden aus
- weidest aus
- weideten aus
- weid aus
| |