Zoek woord teil heeft 34 resultaten
DE Duits NL Nederlands
Teil (n) [Zusammenhang] {n} deel (n) {n} [Zusammenhang]
Teil (n) [Gegenstand] {n} ding (n) {n} [Gegenstand]
Teil (n) [ein Kleidungsstück] {n} kledingstuk (n) {n} [ein Kleidungsstück]
Teil (n) [Zusammenhang] {n} stuk (n) {n} [Zusammenhang]
Teil (n) [allgemein] {n} stuk (n) {n} [allgemein]
Teil (n) [Gegenstände] {n} deel (n) {n} [Gegenstände]
Teil (n) [allgemein] {n} deel (n) {n} [allgemein]
Teil (n) [mechanisch] {n} deel (n) {n} [mechanisch]
Teil (n) [mechanisch] {n} onderdeel (n) {n} [mechanisch]
Teil [Bestandteil] {n} onderdeel {n} [Bestandteil]
Teil [Bestandteil] {n} element {n} [Bestandteil]
Teil (n) [Bestandteil] {n} element (n) {n} [Bestandteil]
Teil [Bestandteil] {n} bestanddeel {n} [Bestandteil]
Teil (n) [Bestandteil] {n} bestanddeel (n) {n} [Bestandteil]
Teil [allgemein] {n} stuk {n} [allgemein]
Teil (n v) [thin, broad piece cut off] {n} plak (n v) {m} [thin, broad piece cut off]
Teil (n v) [penis] {n} lul (n v) [penis]
Teil (n v) [thin, broad piece cut off] {n} schijf (n v) [thin, broad piece cut off]
Teil (n v) [cutting, part cut out] {n} snijding (n v) [cutting, part cut out] (n v)
Teil [mechanisch] {n} onderdeel {n} [mechanisch]
Teil (n) [Bestandteil] {n} onderdeel (n) {n} [Bestandteil]
Teil [allgemein] {n} aandeel {n} [allgemein]
Teil (n) [Bestandteil] {n} component (n) {m} [Bestandteil]
Teil [Bestandteil] {n} component {m} [Bestandteil]
Teil (n v) [portion of something] {n} deel (n v) {n} [portion of something]
Teil [mechanisch] {n} deel {n} [mechanisch]
Teil (n) [each of the parts resulting from division] {n} deel (n) {n} [each of the parts resulting from division]
Teil [allgemein] {n} deel {n} [allgemein]
Teil [Gegenstände] {n} deel {n} [Gegenstände]
Teil (n) [each of the parts resulting from division] {n} gedeelte (n) {n} [each of the parts resulting from division]
Teil (n) [allgemein] {n} gedeelte (n) {n} [allgemein]
Teil [allgemein] {n} gedeelte {n} [allgemein]
Teil (n v) [portion of something] {n} aandeel (n v) {n} [portion of something]
Teil (n) [allgemein] {n} aandeel (n) {n} [allgemein]

Duits Nederlands vertalingen

DE Synoniemen voor teil NL Vertalingen
Partei [Einheit] f partij {f}
Organisation [Einheit] f organisatie {f}
Gattung [Einheit] geslacht {n}
Verband [Einheit] m zwachtel {m}
Flotte [Einheit] f vloot {m}
Fraktion [Einheit] f fractie {f}
Kommando [Einheit] n bevel {n}
Fach [Einheit] n studieobject {n}
Korps [Einheit] n legerkorps {n}
Haufen [Einheit] m lading {f}
Rubrik [Einheit] f rubriek {f}
Schar [Einheit] f zwerm {m}
Kolonne [Einheit] (f team {n}
Klasse [Einheit] f klasse {f}
Belegschaft [Einheit] f aantal arbeidskrachten {n}
Abteilung [Einheit] f bataljon {n}
Satz [Einheit] m zetsel
Station [Einheit] f halte {m}
Gruppe [Einheit] f groep {m}
Pulk [Einheit] Chemische groep