Zoek woord schmieren heeft 20 resultaten
DE Duits NL Nederlands
schmieren (v) [Erde] besmeren (v) [Erde]
schmieren (v n) [to apply something in hasty or crude strokes] kladschilderen (v n) [to apply something in hasty or crude strokes]
schmieren (v n) [to spread (a substance)] uitsmeren (v n) [to spread (a substance)]
schmieren (v n) [to apply something in hasty or crude strokes] kliederen (v n) [to apply something in hasty or crude strokes]
schmieren (v) [allgemein] oliën (v) {n} [allgemein]
schmieren [allgemein] oliën {n} [allgemein]
schmieren (v) [allgemein] invetten (v) {n} [allgemein]
schmieren [allgemein] invetten {n} [allgemein]
schmieren (n v) [to give a bribe] omkopen (n v) {n} [to give a bribe]
schmieren (v n) [to apply something in hasty or crude strokes] besmeren (v n) [to apply something in hasty or crude strokes]
schmieren [Erde] bekladden {n} [Erde]
schmieren [Erde] besmeren [Erde]
schmieren (v n) [to spread (a substance)] smeren (v n) {n} [to spread (a substance)]
schmieren (v) [technisch] smeren (v) {n} [technisch]
schmieren [technisch] smeren {n} [technisch]
schmieren (v) [allgemein] smeren (v) {n} [allgemein]
schmieren [allgemein] smeren {n} [allgemein]
schmieren (v) [Lotion] smeren (v) {n} [Lotion]
schmieren [Lotion] smeren {n} [Lotion]
schmieren (v) [Erde] bekladden (v) {n} [Erde]

Duits Nederlands vertalingen

DE Synoniemen voor schmieren NL Vertalingen
gewinnen [korrumpieren] winnen
anbieten [korrumpieren] aanbieden {n}
kaufen [korrumpieren] kopen {n}
bestechen [korrumpieren] omkopen {n}
beschreiben [dreckig machen] typeren
malen [dreckig machen] schilderen
streichen [dreckig machen] wegstrepen
verstreichen [dreckig machen] verlopen
verunreinigen [dreckig machen] besmetten
verschmutzen [dreckig machen] bezoedelen
bestreichen [dreckig machen] smeren {n}
beschmutzen [dreckig machen] vies maken
beflecken [dreckig machen] onderspatten
bespritzen [dreckig machen] onderspatten
besudeln [dreckig machen] vies maken
klecksen [dreckig machen] vlekken maken
beklecksen [dreckig machen] besmeren
beschmieren [dreckig machen] besmeuren {n}
verdrecken [dreckig machen] bevuilen
gebieten [auftragen] bevelen