Zoek woord Lid van een geleerd genootscha heeft 3 resultaten
Ga naar

NL DE Vertalingen voor lid

lid (n) [anatomie] {n} Glied (n) {n} [anatomie]
lid (n) {n} Mitglied (n) {n}
lid (n) [persoon - man] {n} Mitglied (n) {n} [persoon - man]
lid (n) [persoon - vrouw] {n} Mitglied (n) {n} [persoon - vrouw]
lid {n} Penis {m}
lid {n} Schwanz {m}
lid (n) {n} Genosse (n)

NL DE Vertalingen voor van

van (o) [algemeen] zu (o) [algemeen]
van (o) [algemeen] für (o) [algemeen]
van (prep) [with the separation, exclusion or differentiation of] vor (prep) [with the separation, exclusion or differentiation of]
van (v prep) [be the property of] gehören (v prep) [be the property of]
van (o) [boeken] durch (o) [boeken]
van (n) von (n)
van (o) [bezit] von (o) [bezit]
van (o) [boeken] von (o) [boeken]
van (o) [oorsprong] von (o) [oorsprong]
van (o) [plaats] von (o) [plaats]

NL DE Vertalingen voor een

een (n) {m} ein (n)
een (a) [algemeen] {m} ein (a) [algemeen]
een (a) [hoofdtelwoord] {m} ein (a) [hoofdtelwoord]
een (conj n prep) [indefinite article] {m} ein (conj n prep) [indefinite article]
een (a) [onbepaald bijvoeglijk naamwoord] {m} ein (a) [onbepaald bijvoeglijk naamwoord]
een (o) [onbepaald lidwoord] {m} ein (o) [onbepaald lidwoord]
een (n v) [to pay a compliment; to express a favorable opinion] {m} ein (n v) [to pay a compliment; to express a favorable opinion]
een (a) [algemeen] {m} eine (a) [algemeen]
een (o) [hoofdtelwoord] {m} eine (o) [hoofdtelwoord]
een (conj n prep) [indefinite article] {m} eine (conj n prep) [indefinite article]

NL DE Vertalingen voor geleerd

geleerd (a) [persoon] gebildet (a) [persoon]
geleerd (a) [persoon] gelehrt (a) [persoon]
geleerd (adj) [scholarly, learned] gelehrt (adj) [scholarly, learned]
geleerd (a) [persoon] belesen (a) [persoon]
geleerd (adj) [scholarly, learned] belesen (adj) [scholarly, learned]
geleerd (a) [persoon] intellektuell (a) [persoon]