Woxikon / Woordenboek / Nederlands Duits / H / Het doel heiligt de middelen

NL DE Nederlands Duits vertalingen voor Het doel heiligt de middelen

Zoek woord Het doel heiligt de middelen heeft eén resultaat
Ga naar

NL DE Vertalingen voor het

het (n v abbr) [work, suffice] reichen (n v abbr) [work, suffice]
het (article adv) [article] das (article adv) [article]
het (o) [bepaald lidwoord] das (o) [bepaald lidwoord]
het (article adv) [article] der (article adv) [article]
het (o) [bepaald lidwoord] der (o) [bepaald lidwoord]
het (article adv) [stressed, indicating that the object in question is the only one worthy of attention] der (article adv) [stressed, indicating that the object in question is the only one worthy of attention]
het (article adv) [used with the name of a member of a class to refer to all things in that class] der (article adv) [used with the name of a member of a class to refer to all things in that class]
het (article adv) [with a superlative] der (article adv) [with a superlative]
het (article adv) [article] die (article adv) [article]
het (o) [bepaald lidwoord] die (o) [bepaald lidwoord]

NL DE Vertalingen voor doel

doel (n) {n} Ziel (n) {n}
doel (n v init) [Intention; purpose] {n} Ziel (n v init) {n} [Intention; purpose]
doel (n) [bedoeling] {n} Ziel (n) {n} [bedoeling]
doel (n) [doelstelling] {n} Ziel (n) {n} [doelstelling]
doel (n v init) [point intended to be hit] {n} Ziel (n v init) {n} [point intended to be hit]
doel (n) [result one is attempting to achieve] {n} Ziel (n) {n} [result one is attempting to achieve]
doel (n) [sport - schieten] {n} Ziel (n) {n} [sport - schieten]
doel (n) [sport - schieten] {n} Zielscheibe (n) {f} [sport - schieten]
doel (n) [bedoeling] {n} Absicht (n) {f} [bedoeling]
doel (n) [doelstelling] {n} Absicht (n) {f} [doelstelling]

NL DE Vertalingen voor de

de (article adv) [article] das (article adv) [article]
de (o) [bepaald lidwoord] das (o) [bepaald lidwoord]
de (adj v) [permitted to] fähig (adj v) [permitted to]
de (article adv) [article] der (article adv) [article]
de (o) [bepaald lidwoord] der (o) [bepaald lidwoord]
de (article adv) [stressed, indicating that the object in question is the only one worthy of attention] der (article adv) [stressed, indicating that the object in question is the only one worthy of attention]
de (article adv) [used with the name of a member of a class to refer to all things in that class] der (article adv) [used with the name of a member of a class to refer to all things in that class]
de (article adv) [article] die (article adv) [article]
de (o) [bepaald lidwoord] die (o) [bepaald lidwoord]
de (pronoun determiner) [the individual or group spoken/written to] du (pronoun determiner) [the individual or group spoken/written to]

NL DE Vertalingen voor middelen

middelen (n) [geld] (p) Mittel (n) {n} [geld]
middelen (n v) [personal capacity] (p) Mittel (n v) {n} [personal capacity]
middelen (n adv) [the ability and means to accomplish some task] (p) Mittel (n adv) {n} [the ability and means to accomplish some task]
middelen (n) [boekhouding] (p) Aktiva (n) [boekhouding]
middelen (n) [boekhouding] (p) Vermögen (n) {n} [boekhouding]
middelen (n adv) [the ability and means to accomplish some task] (p) Geldmittel (n adv) {f} [the ability and means to accomplish some task]
middelen (n v) [personal capacity] (p) Fähigkeiten (n v) [personal capacity]