Zoek woord abwehren heeft 21 resultaten
DE Duits NL Nederlands
abwehren (v) [Feind] terugdrijven (v) [Feind]
abwehren (v) [Person] zich van het lijf houden (v) [Person]
abwehren [Person] zich van het lijf houden [Person]
abwehren (v) [Hund] zich van het lijf houden (v) [Hund]
abwehren [Hund] zich van het lijf houden [Hund]
DE Duits NL Nederlands
abwehren (v) [Person] van zich af houden (v) [Person]
abwehren [Person] van zich af houden [Person]
abwehren (v) [Hund] van zich af houden (v) [Hund]
abwehren [Hund] van zich af houden [Hund]
abwehren (v) [Feind] verdrijven (v) [Feind]
abwehren [Feind] verdrijven [Feind]
abwehren [Angriff] afwenden [Angriff]
abwehren [Feind] terugdrijven [Feind]
abwehren (v) [to parry, or turn aside] afweren (v) [to parry, or turn aside]
abwehren (v) [Insekten] afweren (v) [Insekten]
abwehren [Insekten] afweren [Insekten]
abwehren (v) [Angriff] afweren (v) [Angriff]
abwehren [Angriff] afweren [Angriff]
abwehren (v) [Angriff] afkeren (v) [Angriff]
abwehren [Angriff] afkeren [Angriff]
abwehren (v) [Angriff] afwenden (v) [Angriff]

Duits Nederlands vertalingen