NL PL Nederlands Pools alfabetisch woordenboek S
- saai ... samenroepen
- samenroepen ... schaamteloos
- schaamteloos ... scharrelkip
- scharrelkip ... schelen
- schelen ... scherpen
- scherpen ... schikkend
- schikkend ... schitter uit
- schitterde uit ... schopt weg
- schopte uit ... schraapte bijeen
- schraapte uit ... schreit uit
- schreven voor ... schroeiend
- schroeiend ... schuiven toe
- schuldeiseres ... schuurt af
- schuurt uit ... separatisme
- separatisme ... simpliciteit
- simuleren ... slaapkamertje
- slaapkamertje ... slechter worden
- slechter zijn dan ... slibberde af
- slibden af ... sloeg af
- sloeg uit ... sluipt buiten
- sluipt toe ... smeer-
- smeerde aan ... smoorheet
- smoren ... sneltrein
- snert- ... snoer vast
- snoerde af ... solitaire
- sollen af ... souvenirs
- spaad af ... spatte uit
- spatte uit ... speeltijd
- speerpunt ... spiernaakt
- spijker aaneen ... spoed voort
- spoedbestelling ... spoot af
- spoot af ... sprong af
- sprong bij ... spuwde bloed
- spuwt bloed ... staken bij
- staken tegen ... standpunt
- standvastigheid ... steek toe
- steek toe ... stelde bij
- stelde bloot ... stemt voor
- sten ... steward
- stichten ... stinken
- stinken ... stommelt af
- stomp ... stoornis
- stoornis ... stormloop
- stormt af ... strafbank
- strafbank ... stress
- stress ... strompelen af
- strompelen voort ... studiebeurs
- studies ... stuurde toe
- stuurde uit ... sufte weg
- suggereren ... suppositorium
- supprimeer ... sympathizeer
- sympathizeert ... syndroom van Down
- syndroom van Down ... systematizerend