NL IT Nederlands Italiaans alfabetisch woordenboek C
- c.q. ... café
- café ... calicot
- Californische sequoia ... camera
- camion ... Canadese
- Canadese ... canoniek
- canonisatie ... capsicum
- capsicum ... carbonkopie
- carbonkopie ... carrière
- carrière ... cartografe
- cartografe ... casestudy
- caseïne ... castratie
- castratie ... catarraal
- catarraal ... causerie
- causerie ... cb
- cb ... celebreren
- celebreren ... centen
- centraal ... chagrijnig kijken
- chagrijnige blik ... Chapin
- charade ... charleston
- charleston ... chartervlucht
- chartervlucht ... chef
- chef-kok ... chewing gum
- chianti ... Chili
- Chili ... Chinees
- Chinees ... chip
- chip ... chiropodie
- chiropodist ... chocolade
- chocoladereep ... cholera
- cholera ... cholerisch
- cholerisch ... choreografie
- choreografie ... choreografie
- choreografie ... christenheid
- christenheid ... chrysanthemum
- chrysanthemum ... cijfer
- cijfer ... cinema
- cinema ... citeren
- citeren ... clandestien drank stoken
- clandestien produceren ... claxonneren
- claxonneren ... clubsandwich
- cluster ... cocktail
- cocktail ... coderen
- coderen ... coiffeur
- coiffeuse ... college
- college ... combinatierekening
- combinatierekening ... comité
- comité ... communiceren
- communiceren met ... compactheid
- compactheid ... compendium
- compensatie ... completeren
- completeren ... compote
- compote ... compressor
- compressor ... compulsie
- compulsie ... compulsie
- compulsie ... conceptie
- conceptie ... conciliant
- conciliant ... concordaat
- concours ... condoom
- condor ... conflict
- conflict ... congruent
- congruent ... connaisseur
- connaisseur ... consecreren
- consecreren ... conservator
- conservator ... consigne
- consigne ... constituerend
- constituerend ... consult
- consult ... consumente
- consumente ... contant
- contant ... continuïteit
- continuïteit ... contra-indicatie
- contra-indicatie ... contrapuntisch
- contrapuntisch ... controle hebben over
- controlebord ... converseren
- converseren ... convulsie
- copartnership ... corporatie-
- corporatie- ... correctheid
- correctie ... corresponderen met
- corresponderen met ... corselet
- Corsica ... costumière
- coterie ... coupure
- coupure ... courant zijn
- courant zijn ... couture
- couture ... coöperatief bedrijf
- coöperatief bedrijf ... crawlen
- crawlzwemmen ... cretonne
- cretonne ... croonen
- croonen ... cryptisch
- cryptisch ... cuisine
- cuisine ... cultuur
- cultuur ... curatrice
- curatrice ... cynisme
- cynisme ... cystitis