Nederlands Engels
bijouterie jewelry
bijpassen make up
bijpassend accompanying
bijpraten catch up
bijproduct by-product
bijprodukt by-product
bijrijder codriver
bijrivier affluent
bijrol supporting part
bijrolletje bit part
bijschaven plane down
bijschildklier parathyroid
bijsluiten enclose
bijsluiter instructions
bijsmaak flavor
bijspijkeren brush up
bijspringen assist
bijstaan support
bijstand relief
bijstellen adjust
bijstelling adjustment
bijster very
bijtanken refuelling
bijtellen add
bijten take
bijten in bite
bijtend astringent
bijtijds early
Bijtmuskusschildpad Claudius angustatus
bijtoon overtone
bijtrekken come around
Bijtschildpadden Chelydridae
bijv. e.g.
bijvak minor
bijval commendation
bijverdienste extra income
bijvoegelijk aanwijzend voornaamwoord demonstrative adjective
bijvoegen annex
bijvoegende wijs subjunctive mood
bijvoeglijk adjective
bijvoeglijk naamwoord adjective
bijvoeglijke bepaling attribute
bijvoegsel enclosure
Bijvoetwol Moxa
bijvoorbeeld like
bijvrouw concubine
bijvullen top up
bijwerk side-issue
bijwerken write up
bijwerking side effect
bijwonen attend
bijwoord adverb
bijwoordelijk adverbial
bijwoordelijke bepaling adverbial clause
bijzaak side issue
bijziend myopic
bijziendheid myopia
bijzijn presence
bijzin subordinate clause
bijzitster assessor
bijzitter assessor
bijzon sun dog
bijzonder unusual
bijzondere aantrekkingskracht mystique
Bijzondere Bijstands Eenheid Bijzondere Bijstands Eenheid
Bijzondere wet Special law
bijzonderheden niceties
bijzonderheid aspect
bik chow
bikini bikini
Bikinilijn Bikini waxing
bikkelhard inflexible